Zaterdag 16 augustus 2008: Medemblik
Vakantie, maar niet vliegen! Varen, dat is wat we gaan doen met onze nieuwe boot. Nou ja nieuw, de boot zelf gaat al bijna 20 jaar mee, voor ons is de Contest 35s en de staat van de boot als nieuw!
Eind mei van dit jaar begon het te kriebelen. Al vier jaar zeilden we met onze Saffier 650. Met plezier, maar steeds vaker misten we het “ergens” naar toe varen en niet onbelangrijk het aftersail-gevoel. We gebruikten de Vonkelaar als een dagboot. Heenrijden, paar uur zeilen, biertje en weer terug. De onrust begon bij mij.
Botenbank, folders opvragen van nieuwe boten. Ik dacht dat de keus heel groot zou zijn en ik vond het leuk weer eens te bezien wat er al zoal te koop is en wat de prijzen zijn. Overigens steeds in de ontkenning naar iedereen met wie ik er over sprak dat we bezig waren een boot te kopen……
De keuze lijkt groot maar is toch vrij beperkt als je het botenaanbod matched met de wensen en eisen. Een stapje groter leek ons de beste optie, bijvoorbeeld een Saffier 800 of nog wat groter een Hallberg Rassy 29. Mooie boten, maar een ding weet ik dan al zeker, op een dag zal deze plaats maken voor een grotere die vooral op zee meer gewicht in de schaal legt. Veel praten met Govert natuurlijk en ook pappa.
Op een vrijdagochtend terwijl ik naar Deventer reed had ik Govert aan de lijn, zoals we wel vaker doen, ’s ochtends vroeg. Het kwartje viel, de Contest 35s is de boot voor ons. Mooi van lijn, potent tuig, ruim en de degelijkheid die me bevalt. Vanuit mijn jeugd heb ik wat met Contest. Als kind heb ik eindeloos op de werf gelopen en hout uit de containers gevist toen de Contest 30 en later de 34 van pappa in aanbouw waren. Eigenlijk is de 35s de logische opvolger van de 34.
Voorwaarde was wel een goede tweedehands te kopen en niet de ellende van iemand anders, zoals pappa dat zo mooi kan uitdrukken. Precies dat exemplaar stond te koop, de Sea-Motion. Een prettig verkoopproces, een sublieme keuring, wat weekenden klussen…. Onze fietsvakantie in Argentina stond nog gepland, maar toen ik het kuipje weer helemaal mooi zag worden en Irma en ik elkaar aankeken, was de keus snel gemaakt. Die tickets cancellen we!
Zaterdagochtend, Conan naar zijn logeeradres brengen vlakbij Govert en Inge, dan hebben zij een escape voor de weekends. Inge is met de kinderen in Medemblik, Govert is zijn plankjes laminaat aan het leggen en doet dat het liefst alleen. We rijden nog even langs met het voer voor Conan, drinken nog een kop koffie met Govert in zonneschijn. Hun huis wordt echt een klein eldorado. Leuk om het te zien vorderen.
Het is pas einde van de ochtend als we in Medemblik aankomen, boot inruimen, een babbel met Inge. Max en Ingeborg en Manon en Edgar zijn er ook. Medemblik lijkt wel een magneet. Leuke lui. We benutten de dag verder om alles in gereedheid te brengen en de keus te maken welke kant we opgaan. Afzakken naar België en dan verder zien ligt voor de hand, maar het onbekende lonkt. Bij Dico halen we de benodigde kaarten en almanak, roven de supermarkt van Andijk leeg en zijn pas tegen het einde van de middag klaar met onze besognes. Dag zeildag!
We barbecueën een hapje mee met de Medemblik-gangers en gaan tukken. Helemaal vrij in mijn hoofd ben ik nog niet. De afgelopen weken speelde veel op het werk en ik heb nog wat meegenomen wat af moet de komende week. Niet helemaal leuk, maar het moet, geen keuze dus.
Zondag 17 augustus 2008: Medemblik – Den Helder
Onze eerste zeildag, letterlijk. Hoewel we de boot al een paar weken in ons bezit hebben zijn de dagen verloren gaan aan poetsen, onderhoud, het doen van aanpassingen en natuurlijk het Nederlands weer! Maakt niet uit, de komende weken halen we dat in, maar het maakt het daardoor wel een beetje spannend. De zeilen rollen uit, het motorgeluid ebt weg…. alleen de wind, het water en ons. Onder de bewolkte hemel maakt een zonnige glimlach zich van ons meester.
De sluizen van Den Oever, hoe vaak ben ik hier wel niet geweest. Nu echter als schipper zelf. Hoewel het redelijk druk is loodsen we de boot mooi met de botenstroom mee de trechter door en varen al snel op de Waddenzee. Het zout, de zee, dat vind ik toch wel het mooiste zeilen wat er is. Met de wind valt het wel mee, maar het stroompje mee geeft ons voldoende snelheid en Den Helder komt al in zicht. De grote loods, er lijkt weinig veranderd. Ook de hemel is marinegrijs, de fregatten liggen haast gecamoufleerd langs de kant.
Zeiltjes wegrollen, motor aan, landvasten en willen bevestigen, op naar de jachthaven. In 1991 ben ik hier voor laatst geweest, er is niets veranderd. Destijds hadden we een prachtige zeilweek met Sjoerd en Mariette Wagenaar, Paul Vermeulen, pappa, mamma en Govert natuurlijk en ook Inge ging voor de eerste keer mee. Lang geleden, maar o zo dichtbij. Waar blijft de tijd…..
We hebben al eten gekocht voor vanavond, de nasi van de club klinkt ook aanlokkelijk. Eerst douchen bij de mariniers, natuurlijk even omkijken hoe de boot erbij ligt. De havenmeester(es) heeft het druk. Een leuke frisse uit de klei getrokken tante. Den Helder heeft zijn eigen Sail de komende week, ze wil de haven dus zo vrij mogelijk houden.
Een flesje wijn bij het eten, lampjes aan, we hebben ons eigen bruine café. Morgen willen we buitenom naar Vlieland zeilen om onze zeevastheid en de boot te testen alvorens we richting Duitse Bocht gaan. De voorspellingen zijn redelijk. 4 tot 5, mogelijk 6, maar uit het zuidwesten. Pittige wind dus, maar wel ruim al zal de zee flinke golven kennen. De oogjes vallen rozig dicht.
Maandag 18 augustus 2008: Den Helder – Vlieland
Op tijd op, een ontbijtje met yoghurt, muesli en koffie, heerlijk, weer die gewone filterkoffie, niks mis mee en gezellig om te zetten. Ik werk nog wat, heb Bart nog even aan de lijn en dan begint eigenlijk het wachten op het tij. Naast ons liggen twee ruwe bolsters op een degelijk aluminium zeiljacht. Een uur is de juiste tijd, maar ze gaan maar, het wachten zat. We doen hetzelfde, er zijn best nog wat uurtjes te varen.
Het water voor Den Helder is ruim, de eerste tall ships zijn in aantocht. Al snel varen we door het Molengat langs Texel. Wauw, wat gaat het lekker, de schroef snort tevreden mee als we zes knopen halen.
Terug op open zee gaat het langzamer, de stroom zit nog fors tegen. We steken eerst wat zeewaarts. De wind blaast behoorlijk, een goede vijf. We nemen wat zeil terug maar blijven er mooi doorheen gaan. Wat een heerlijk schip, hetzelfde gevoel als de 34, een jacht met reserve. Binnen zoeken de potten en pannen een nieuw wankel evenwicht. Onze nieuwe zeilpakken van Musto bewijzen meteen hun dienst, we voelen ons er lekker geborgen in. Goeie koop. De buien die de hemel ons gunt krijgen geen vat op ons.
Texel hebben we langs ons heen zien glijden, Vlieland is in zicht. Een marineschip “achtervolgt” ons. Wat wil hij? We zitten vlak bij het schietoefening gebied, zou dat het zijn? Nee, ze hijsen een rib in het water, met veel snelheid en spektakel komen ze langszij. Vier man in indrukwekkende pakken. “Douane, we willen aan boord komen voor een reguliere controle?” Nou, welkom, maar wat een heisa. Ze stoten de rib tegen onze lijzijde. Het is inmiddels zes gaan waaien, de golven zijn aanzienlijk.
Een golf overspoelt de rib. Dit is zelfs deze stoere mannen te gortig. Ze blazen de controle verder af. Het roept bij mij wel vragen op over de efficiëntie van ons apparaat. Een hoop gedoe om te controleren of ik niet rode diesel heb getankt en mijn btw-verklaring in orde is….. Wel blij dat we de btw-verklaring als hadden gesteld voor de koop van de boot!
De regen heeft plaatsgemaakt voor een voorzichtig zonnetje maar de wind is er niet minder om geworden. Een dikke zes. We reven verder terug. Het is nodig. Ik merk wel dat de zeilen wat ouder zijn. Het grootzeil gaat nog wel, maar de Genua klappert behoorlijk, uitgelubberd zeg maar. We draaien het Stortemelk in, varen zowat langs het strand en Vlieland verwelkomt ons met een prachtige regenboog, als een beloning voor onze zeedoop vandaag. De stroom die voor de haveningang staat is heftig, maar ik loods de Contest veilig tussen de havenhoofden. We vinden een mooie plek op de kop van de steiger bij het begin van de jachthaven.
Pakken uit, vaste grond onder onze voeten. We zijn vermoeid, rozig maar voldaan. Terwijl de wind tussen de verstaging door raast zitten wij lekker binnen, de wijn gaat open en het eten smaakt goed! Het is goed gegaan vandaag, een mooie start. We zoeken de kooitjes op en vallen in een diepe slaap….
Dinsdag 19 augustus 2008: Vlieland
Vlieland is natuurlijk sowieso de moeite waard om een dagje te blijven, maar het moet ook, want het blaast vandaag 7 Beaufort. We lopen het dorpje in, niets veranderd en steken door de bossen naar het Noordzeestrand. Een spiegelei met een biertje gaat er wel in. Nog maar een biertje als het begint te regenen. Het is nog geen een uur. Vakantie, heerlijk!
De wind blaast flink door. Onze boot ligt onrustig op de kop van de haven. Verderop is een plaatsje vrijgekomen, het is beter te gaan verliggen. We meren de boot stormvast af, want ook hier staat een enorme spanning op de lijnen. ’s Middags werk ik nog wat besognes van het werk weg. Het geeft me nog wel een onaangenaam gevoel niet helemaal van het werk los te zijn, maar het moet. De wind blaast nog door. De weersverwachtingen worden er niet beter op.
’s Avonds bladeren we door de boeken en kaarten en maken onze plannen. We willen een klap maken naar de Duitse Bocht en daar verder zien wat we doen. Het Kielerkanaal door naar de Oostzee of verder omhoog naar Denemarken. We rekenen de getijden door, maar het weerbericht van de Kustwacht stemt niet hoopgevend. Morgen weer zeven……
We maken nog een wandeling. Kennelijk is vandaag een hele grote catamaran onder Poolse vlag tegen de havenhoofden terechtgekomen. De voorsteven van de rechter romp is aan gort. Oef, dat moet een klap geweest zijn. Het is een indrukwekkend schip, brand new. En dan zo’n schade. Ja, de elementen hebben het voor het vertellen, en dan met een schip dat amper tussen de havenhoofden doorkan Vlieland willen aanlanden?
Woensdag 20 augustus 2008: Vlieland
Gisterenavond had ik beloofd vers brood te halen, belofte maakt schuld, dus ik wandel naar Oost-Vlieland. Het is nog wat fris, maar de wind rond mijn oren maakt me wakker. Het ontbijt smaakt goed, de haast eindeloos lijkende koffie ook. Irma had alles al gezellig klaar staan.
De havenmeester tikt op onze romp, of we naar een box willen varen, hij verwacht mogelijk grotere jachten. Jammer, we liggen hier prima en met deze winden heb ik niet zo’n zin in kunstgrepen op de millimeter. Maar zoals het gaat deze dagen in de haven, iedereen helpt iedereen, ik heb al heel wat schade daardoor voorkomen zien worden. Voor mij is het ook goed voor de leeuwen gegooid te worden en de reactie van de boot op de motor leer ik prima kennen deze dagen.
We rommelen wat aan boord en in de loop van de ochtend bezoeken we Oost-Vlieland nog maar eens. Om lekker te gaan fietsen waait het te onbarmhartig. Een biertje op een terras smaakt des te beter. Gelukkig kunnen we een goede zeekaart scoren van de Duitse wateren, niet goedkoop, maar dat hoort erbij. Op zich hebben we de zeekaart van de Duitse bocht plus de almanak, maar de gedetailleerde kaarten voegen toch wel wat toe. De winkelier weet alles te goed: “leggen jullie wel alles op de juiste volgorde terug?” Regelmatig pikken booteigenaren letterlijk de door hun gewenste kaart eruit. Tja, we rekenen een stijve achtenzeventig euro af!
Zilt is de naam die ik bedacht had voor de boot, maar deze blijkt toch ook wel vaker voor te komen. Zilt is de naam van de delicatessenwinkel die Vlieland-Oost rijk is. Prima spullen voor lekkerbekken zoals wij. De simpele pasta met pancetta smaakt prima, de wijn nog beter.
’s Middags heb ik me helemaal los gemaakt van mijn werk. Ik heb de boel afgemaakt en uitgebreid overlegd met Bart.
Het liefst vertrekken we morgen, maar de voorspellingen werken niet mee. Vijf tot zes, bliksem, nee, de verleiding is groot om het negeren, nee, niet doen, we besluiten te blijven liggen. Een dubbel gevoel, we branden van verlangen te gaan, het moet wel verantwoord blijven. Ik hoop dan ook vurig dat het morgen slecht weer is!
We wandelen nog wat over de steigers. De catamaran heeft een noodreparatie ondergaan, wat dat betreft is polyester wel ideaal. Ze kunnen weer verder! De KNRM heeft een gebroken mast en giek naar de wal gebracht. Ja, het is serious business deze dagen. De verleiding is groot om aanmatigend te reageren op de weersvoorspellingen, maar moeder aarde is niet te onderschatten. Toen we gisteren de Genua terugreefden zag ik de spanning op de Furlingline. “Oef, als die maar niet knalt nu” dacht ik nog, dan zou plots een andere situatie ontstaan.
Vandaag is bijna geen boot uitgevaren. Ook de gloednieuwe Bestevaer niet, wat een jacht, dik twintig meter lang. Brand new! Het echtpaar wil een wereldreis in etappes gaan maken. Ze hebben de boot net drie weken in bezit. Schitterend, dit staaltje Nederlands vakmanschap!
Donderdag 21 augustus 2008: Vlieland
In de haven is het drukte van belang. Het wachten zat en het einde van de vakantie in zicht moeten veel jachten terug naar IJsselmeer. Het levert hilarische momenten op. De wil van de kapitein is wet, maar er staan er even zo vele op de “wal”. Links en rechts schuren wel wat rompen langs de zijsteigers. Zonde.
Mijn twijfel is snel verdreven. Buiten op de Noordzee is het een dikke zes met onweer. Een dag over dus met het geruststellende gevoel een goede keuze gemaakt te hebben. What to do? Naast werk heb ik nog een ander stukje ballast meegenomen op vakantie, een opdracht voor de studie. In het tumult van de afgelopen weken is me dat niet meer gelukt. Voor 1 september moet ik de uitwerking van de opdracht ingeleverd hebben.
Irma trekt vandaag haar plan, ik wijd me volledig aan de opdracht. Met tegenzin, maar als ik eenmaal bezig ben boeit het me wel. Irma komt half zeven terug, ik toets net op enter om de uitwerking naar het secretariaat van Tias Nimbas te versturen. Heerlijk, ik ben nu helemaal los en heb geen enkele verplichting meer! De zon schijnt, de wind loeit, maar de rosé smaakt goed in de kuip! Morgen lekker varen.
Vrijdag 22 augustus 2008: Vlieland – Helgoland
Vroeg op. Boterhammen met stroop, thee in plaats van de koffie. Zo direct verkiezen we het ruime sop….. Trossen los, havenkom uit, eerst een stukje motoren het Stortemelk uit, het heeft geen zin nu tijd te verliezen met laveren…..
De zee, de eindeloze zee. Vol tuig, motor uit, we varen oostwaarts. Ruime koers, vijf – zes knoop…. Een voorzichtig zonnetje. Zo moet het zijn. Tegelijkertijd voelt het ook wel een beetje als avontuur. Een nieuw zeilgebied, een nieuwe boot, voor het eerst de nacht in zeilen…..
Omdat de tocht lang zal zijn gaat Irma slapen. Ze heeft de kooi aan lijzijde helemaal als zeekooi ingericht inclusief opstaand schot. Ik vaar vijf – zes uur lang en zie de Hollandse eilanden aan me voorbij trekken. De wind heb ik goed in de zeilen, de boot snort tevreden met draaiende schroefas door het water. Heerlijk, Irma lief met de oogjes dicht. Op kanaal 16 hoor ik de berichten uit. Een gevoel van trots overmeestert me. Een prachtboot, een prachtdame, een prachttocht. Een reis terug in de tijd ook. Zowat heel mijn jeugd heb ik nautisch doorgebracht. Niet altijd tot genoegen, maar de tochten op zee vond ik altijd fascinerend. Eindeloos kon ik als kind achter het roer staan. Insturen op de golven, luisteren naar het schip. Nu voel ik ook de verantwoordelijkheid die pappa altijd op zich genomen heeft, want varen op zee is niet zonder risico’s en vereist anticiperen op wat kan komen. Tegelijkertijd is het fraai deze risico’s gecalculeerd te nemen, wat een ervaring!
Irma lost me af. We eten boterhammen, drinken appelsap, we voelen ons allebei goed. Ik ga tukken. Meer dan een hazenslaap is het niet. Bij ieder geluid word ik toch weer wakker en vraag of alles goed gaat. Irma stelt me iedere keer gerust. Het gaat ook goed. We vorderen gestaag. Irma gebruikt de gps heel intensief. Vooraf heeft Irma alle waypoints ingebracht, dan is op de hand gps eenvoudig te zien of we nog op koers liggen. Met regelmatig een check op de kaart varen we heel goed!
Ik los Irma weer af. Eerst drinken we een soepje. Wel lekker wat warms, grote eetlust hebben we niet, voor mij zijn een paar boterhammen extra voldoende.
De zon zakt de zee in. Een prachtig moment. Ik vaar heerlijk al moet ik goed koersen om de wind lekker in de zeilen te houden. De laatste stralen van de zon weerkaatsen in de wolken. Een grote regenboog loopt als een poort naar de hemel over me heen. Rechts van me gloeien de regenboogkleuren als een hellevuur. Wauw, wat een moment. Ik roep Irma, maar ze is in een diepe slaap verzonken.
Ik vaar op met een andere boot. De wind komt bijna pal van achteren en het is soms lastig varen. De giek heeft regelmatig de neiging over te willen komen. Een bullettalie heb ik nog niet voorbereid en uitbomen van de Genua lukt evenmin, daarvoor moet deze winter nog wat lijnen door de mast trekken. Maar ik kom er wel, de boot vaart een goed gemiddelde. Het is voor mij een geheel nieuwe ervaring. Even twijfel ik of ik niet te dicht bij de shipping lane kom. De Duitse Kustwacht controleert vrij alert of de pleziervaart daar twee mijl bij vandaan blijft, maar het zijn de aanlooptonnen van Nordeney die me “misleiden”.
Irma lost mij af. Ik maak nog wat warms, rommel wat achter de kaartentafel en zoek mijn kooi op. De sfeer is fraai. Gedempte verlichting van de nautische apparatuur, het geklots van het water, de tevreden gang van de boot, het ruizen van de wind. Nu dommel ik wel weg in het vertrouwen dat alles in veilige handen is bij Irma. Een goed gevoel. Tegen drieën wekt Irma me. De vermoeidheid slaat toe. Ik hijs me in mijn kloffie en neem het roer over. Bijna zijn we bij de shipping lane naar Hamburg en satelliethavens, daar kan ik wel hulp gebruiken. Eerst kan Irma nog een uurtje slaap pakken, maar dan is het prijs. Tonnen overal, ook schepen overal. Varend, voor anker. Reuzen zijn het, prachtig verlichte flatgebouwen. Een knoeperd vaart voor ons langs. Het waait weer flink, vier vijf zeker. We zitten bijna op de betonningslijn. Oversteken of niet? Is de weg vrij, kunnen we? Ja doen. Motor vol gas erbij. Shit, het lijkt wel of die reus op ons afkomt. Nee, we schatten het goed in, zeilen mooi tussen de geankerde flatgebouwen door en bevinden ons weer in vrij water. Ik kan me voorstellen dat een radar dan wel heel fijn is. Enfin, we hebben het gered en het was wel een mooi moment, Irma kan weer gaan slapen.
Ik steek op naar Helgoland. Scherp varen, ik reef terug en het poeiert flink door. Een dikke zes, soms uitschietend naar zeven. Geen kattenpis, maar de boot gaat er goed doorheen. Ik ben wel vermoeid en de heftige regen en snijdende wind vallen me zwaar. Helgoland komt in zicht. Een hoge rots al duurt het nog twee uur voordat ik de rode kleuren ontwaar van de rotsen. We tuigen af. Een grote boot van de Duitse Kustwacht lijkt ons haast de escorteren. Enkele zeiljachten varen uit maar keren op rassen schreden terug. Ze vinden kennelijk de omstandigheden te zwaar. Wij zitten erin, ik zou het niet uitkiezen, maar we moeten.
De aanloop van Helgoland is makkelijk. Het regent pijpenstelen. De boot leggen we moeiteloos aan. Het doet me denken aan Alaska of de vissersplaatsen in Chile. Regen, mistig, droevig. Maar we zijn warm, hebben ons doel bereikt, het voelt goed. Moe zijn we allebei wel. Ik dek de tafel en zet een pot koffie. We stillen de honger met brood van Vlieland, de koffie smaakt goed. Het is ’s ochtends half acht, toch nog maar even de kooien in. Het voelt als een wrede nachtrustverstoring, rond tienen tikt de “een na” buurman aan, hij wil weg. Ok, in de kleren, even helpen met verleggen.
We staan op, brengen de boot binnen op orde en verkennen Helgoland. Helgoland leeft bij de gratie van een aparte belastingstatus. Kennelijk vinden volkstammen het de moeite waard voor wat belastingvoordeel een boottocht te maken. Het voelt wat mistroostig. Ok, de tabak en drank zijn goedkoop, maar wat heeft het eiland verder te bieden. Kennelijk vieren mensen hier vakantie! Er zijn heuse appartementencomplexen en hotels rondom de “baai”. We laten het over ons heenkomen, we zijn vooral voldaan van onze tocht. In een niet al te ongezellige tent smaakt het bier me goed. Irma neemt een grog, een specialiteit van het eiland. Een geklutst ei, heet water en sterke drank, zo die zit!
We lopen nog een niveautje hoger, ook alleen maar taxfreeshops maar wel een prachtig uitzicht op zee. Twee zeiljachten naderen Helgoland. Mooi gezicht maar tegelijkertijd voelt de zee ook wel oppermachtig, die bootjes stellen niets voor. Aan boord voel ik me een hele pief, nu voel ik me nederig aan de zee. Irma verwoordt het mooi: we zijn gast van de zee…… Zo is het, de zee is te respecteren, de zee kent krachten die boven ons vermogen uitgaan.
Eten doen we in een visrestaurant, nou ja visrestaurant, alles komt uit de vriezer, alleen de kniepers zijn vers, kleine krabbetjes. Het smaakt best. We wandelen terug en gaan pitten, wat slaap kunnen we wel gebruiken. De weersberichten voor morgen zijn niet best.
Zondag 24 augustus 2008: Helgoland
De weersberichten zijn slecht. Uitvaren heeft geen zin. Irma gaat douchen en neemt verse broodjes mee. We ontbijten in de kuip onder een voorzicht zonnetje. Het is rustig in de haven, misschien vijftien boten, maar de weersomstandigheden hebben veel mensen kennelijk weerhouden.
Ik lees de boeken van Selden door om technisch meer gevoel te krijgen met de mast en rolsystemen voor grootzeil en Genua. We plannen onze vervolgroute. Door het Kielerkanaal kan, maar heel veel tijd om daar te zeilen hebben we niet. Het Duitse wad is een goed alternatief en mogelijk kunnen we nog doorsteken naar Denemarken.
In de enige zeilzaak die Helgoland rijk is vinden we de juiste zeekaarten en kopen nog wat accessoires. Het dorp heeft verder weinig te bieden al smaakt het bier goed. Ik moet nog wel aan Govert denken. Enkele jaren terug is hij met Ed en Theodor hier naar toe gevaren. Vervolgens sloeg het weer om, hebben ze enkele dagen verwaaid gelegen en zijn met flinke wind tegen weer terug gezeild. Ameland leek wel een eeuwigheid te duren…..
’s Middags pruts ik wat aan de boot. Ik smeer het rolsysteem van het grootzeil, dat is kennelijk in geen jaren gebeurd. Het loopt aanmerkelijk lichter. Het systeem boezemt me toch wel vertrouwen in en ik moet zeggen, het is erg makkelijk op zee! Even reven is zo gepiept.
Met de frisse ingrediënten die hier te krijgen zijn tovert Irma toch een lekkere salade tevoorschijn. Het boordleven is heerlijk zo. De wijnkelder goed gevuld, een koffie, een sigaartje. Het geeft een leuk gevoel het hele hebben en houden mee te vervoeren. Op de fiets is dat wel anders, dan strijdt iedere gram er om meegenomen te worden. Zeilen geeft me een hoop rust, ook de afgelopen weekenden in aanloop naar de vakantie.
We treffen de voorbereidingen voor morgen. Half negen blijkt de beste vertrektijd te zijn. Dan hebben de stroom mee de geul van Hornum in. De weersverwachting is vier tot vijf met wat regen. We doen het ermee en duiken vroeg de kooien in.
Van Helgoland zijn we naar Hornum gevaren, daar het schiereiland Sylt verkend. Vervolgens wilden we hogerop richting Tyboron, maar de weergoden bepaalden anders. Terug naar Helgoland. Ook daar weer een paar dagen gelegen met ontzettend veel wind. In een gaatje met oostenwind terug gevaren naar Vlieland. Ook daar weer drie dagen gelegen met storm! Vervolgens terug naar Medemblik. Enfin, een mooie windrijke maiden-trip!